Flora: De wilgenbossen en struwelen zijn vrij soortenarm. De ondergroei bestaat voornamelijk uit ruigtekruiden zoals Gewone smeerwortel, Grote brandnetel, Hondsdraf en Hennepnetel. Plaatselijk groeien Sleedoorn en Rode kornoelje. In lage delen met rietbegroeiing komt plaatselijk de Spindotter voor, een variant van de Gewone dotterbloem die uitsluitend voorkomt in het zoetwatergetijdengebied. Op een rivierkrib groeit de zeldzame Engelse alant.
Fauna: De vogelfauna van het gebied bestaat vooral uit bos- en struweelvogels waaronder Zwartkop, Fitis, Tuinfluiter, Roodborst en Tjiftjaf. Geregeld wordt ook de Groene specht gehoord. Het Bont zandoogje is een dagvlinder die vaak zonnend langs de paden kan worden gevonden.